Dag 116 Santiago de Compostella, 0 km, totaal 2436 km
Op onze rustdag kuieren we rond, in, onder en over de kathedraal. Hoezo, over de kathedraal? Dat leg ik later uit. Eerst wil ik het hebben over de pelgrimsmis van gisteravond.
De verwachtingen waren hooggespannen. Zou de botafumeiro door de dwarsbeuk worden geslingerd? Helaas werd het grootste wierookvat ter wereld gisteravond niet gebruikt. Wel meenden we Santiago te ontwaren op een pleintje achter de kathedraal. Maar nee, het was slechts zijn schaduw.
Vandaag gaan we het nog eens proberen. Het is stil op straat, als we naar de kathedraal wandelen. De rust wordt bruut verstoord door een verkoper van houten wandelstokken en jakobsschelpen, die zijn karretje over een trap naar boven sleept.
Om half tien zitten we weer verwachtingsvol in de kerkbanken, maar ook nu wordt het wierookvat niet heen en weer gezwierd. We hebben geen zin om het om twaalf uur opnieuw te proberen en besluiten de kathedraal vanuit een heel ander perspectief te gaan bekijken.
Onze Ierse pelgrimsvrienden hebben ons een geweldige tip gegeven: een wandeling met gids over de daken van de kathedraal. Het is spectaculair om over de stenen dakpannen te lopen en naar de pelgrims te kijken die diep onder ons op het plein staan.
Natuurlijk nemen we ook een kijkje onder het hoofdaltaar van de kathedraal. Daar bevindt zich de crypte met de relieken van de heilige Jakobus.
Als we weer buiten komen, is er een demonstratie gaande op een pleintje naast de kathedraal. We vragen aan een demonstrant wat er gaande is. Hij vertelt dat er wordt gedemonstreerd tegen de manipulatie van de gevestigde politiek in Galicië.
Op een ander pleintje maakt een een retro fotograaf portretten met een ouderwetse camera.
Ondertussen gaat een zijdeur van de kathedraal open. Er hangt een mist van wierook. Er komen een heleboel blije kerkgangers naar buiten. En jawel, bij de mis om twaalf uur is de botafumeiro wél door de kerk geslingerd. Die hebben we dus gemist.
Maar niet getreurd, want vanavond hebben we een afscheidsetentje met onze pelgrimsvriend Harm. Hij wandelt morgen richting Muxia en Finisterre. Wij gaan de andere kant op, richting Portugal. Wat hebben we met z’n drieën veel gelachen en onvergetelijke dingen beleefd. Ongetwijfeld weten we elkaar ook in Nederland weer te vinden.