Het einde van de wereld

Als pelgrim in Santiago heb je aan het eind nog vele mogelijkheden. De meesten zullen blij zijn dat ze het allemaal hebben volbracht. Zij genieten van de verdiende rust. Maar je kunt ook doorlopen naar het einde van de wereld, Finisterre. Hier zou, volgens de verhalen, apostel Jacobus, aan land zijn gekomen. Het is een tocht van een kleine 90 kilometer vanaf de kathedraal. En uiteraard wil ik deze kans niet aan me voorbij laten. Maar dan zal ik weer stevig moeten doorlopen. Ik heb nog drie dagen.

Met een nieuwe stempelkaart, speciaal voor Finisterre, ging ik weer achter de gele pijlen aan. Onderweg tellen de bekende stenen met de kilometers af tot nul. Inderdaad, na drie dagen arriveer ik dan toch echt op mijn eindbestemming. Althans, vanuit het dorp is nog drie kilometer naar de vuurtoren, het absolute einde.

Het is bijna het meeste westelijke  puntje van het Europese vasteland. Lang geleden dachten ze ook dat hier de wereld ophoudt. Vandaag de dag weten we beter. Voor een mooi afscheid, wacht ik nog even. De zonsondergang moet symbolisch ook het einde zijn. Het schouwspel dat me eind van de middag overkomt, is van een bijzondere schoonheid. Met de laatste kilometers wordt ik vergezeld door een regenboog die gelijk met me optrekt.

Het is alsof er iemand wil zeggen dat het mooi is geweest. Tot kilometerpaal 0, blijft de regenboog bij me. Als de kleuren van de regenboog verdwijnen, komt een Japans stel met hun smartphone mijn droomwereld enigszins te verstoren.

Als later de zon in de oceaan zakt is het schouwspel nog niet voorbij. Uit de donkere wolken komen bliksemschichten te voorschijn, gevolgd door stevig gebulder. Alsof iemand wil zeggen: ‘Ga naar huis’.