Dag 27 Ervy-le-Châtel – Roffey, 19 km, totaal 618 km
Als we ‘s morgens wakker worden, kijken we vanuit ons bed uit over de landerijen van Ervy-le-Châtel. De charmante gastvrouw Isabelle heeft een smakelijk ontbijt met streekproducten gemaakt. Bij ons vertrek zegt ze met een grote glimlach: “Ik zal aan jullie denken. Als de wandeltocht zwaar wordt, neem ik een stukje van de last over. Misschien helpt het.”
Gelukkig gaat het lopen vandaag heel gemakkelijk. We struinen door bossen en langs het kanaal de Bourgogne, waar ook veel bomen staan. Onderweg plukken we veel zoete bramen van de struiken langs het pad. Dolph spot een zeldzame hop, een roodbruine vogel met een grote kuif.
Ergens in het bos kletsen we met een ouder echtpaar. De vrouw blijkt oorspronkelijk uit Galicië te komen, de Spaanse regio waar Santiago de Compostella ligt. Ze vindt het fantastisch dat we het pelgrimspad lopen, helemaal naar haar geboortestreek. Het mooie van wandelen is, dat je zo in het moment leeft, vindt ze. Daar zijn wij het helemaal mee eens.
Het is fijn om de tijd te nemen voor een gesprekje met een onbekende, zoals een jochie op een crossfiets. Hij vertelt dat hij op zijn vriendje wacht. Als hij vraagt waar wij vandaag naartoe gaan, legt hij uitgebreid uit hoe we moeten lopen. We komen hem nog een paar keer tegen met zijn vriendje en iedere keer zwaait hij enthousiast, alsof hij wil laten zien: die mensen ken ik!