Dag 11, Givet-Treignes, 15km, totaal 240 km

De zondagochtend begint veelbelovend met een typisch Frans tafereel. Langs la Meuse kuiert een jongeman met een stokbrood onder zijn arm. Ik zeg in mijn beste Frans: “Bonjour monsieur, où est-ce que vous avez acheté cette baguette?” Hij kijkt me vragend aan. “Bent u Nederlands? De bakker is hier om de hoek.”

We wandelen tot Aubrives langs de vertrouwde Maas en buigen dan af, de heuvels van de Ardennen in. 

In het middeleeuwse dorpje Hierges hebben we voor het eerst een ‘camino-gevoel’. De opgewekte uitbater van het huiskamercafé waar we een kop koffie drinken, verkoopt houtgesneden wandelstokken. Wij doen het voorlopig nog even zonder. Vanaf een bergpad hebben we een mooi uitzicht op het kasteel van Hierges.

Dat we over het grenspad lopen, merken we vooral aan het gepingel van onze telefoons. ‘Beste klant, je bent nu in België…’ ‘Beste klant, je bent nu in Frankrijk…’ ‘Beste klant, je bent nu in België…’ Hier spotten we de eerste Santiago-gangers, met sint-jacobsschelp op hun rugzak. 

Treignes, de plaats waar we overnachten, doet zijn naam eer aan. In het vroegere station is een spoorwegmuseum gevestigd. Tal van treinofielen vergapen zich aan de vele oude treinen op het spoor.

Er staan zelfs enkele weggeroeste stoomlocomotieven tussen. Kinderen vermaken zich tijdens een ritje op een miniatuurtreintje.