Onze-Lieve-Vrouw van Fátima is populair onder de Portugese bevolking. Zo zien we haar in een blauwe nis in de muur van een huis, achter een beslagen ruitje. Dolph opent het venster om een foto te maken. Ondertussen worden we gadegeslagen door een nieuwsgierige buurman. Wat doen die gekke pelgrims toch? Niet gevreesd, hoor. Poppetje gezien, kastje dicht.

Vanaf Porto wordt de Camino naar Fátima verrassend goed aangegeven met blauwe pijlen en bewegwijzeringsborden. In Vila Nova de Gaia, aan de overkant van de rivier de Douro, pakken we de ‘Caminho do Centenário’ op, de weg van het eeuwfeest. In 2017 was het honderd jaar geleden dat Maria verscheen aan de drie herderskinderen. Voor onze laatste 212 kilometer naar Fátima kiezen we voor deze feestelijke route.

We zijn benieuwd of we onderweg nog pelgrims zullen tegenkomen. En jawel, in een bar zit een Nederlandse jongen aan de koffie. Hij heet Jochem en komt uit Arnhem. Tien dagen geleden is hij te voet uit Lissabon vertrokken en hij wil doorlopen naar Santiago. Jochem werkt in de evenementenbranche en heeft veel overuren gemaakt na de coronatijd. Nu heeft hij lang vakantie en wandelt hij de Camino om te ontstressen. 

Jochem waarschuwt ons al dat de route die wij vandaag volgen, niet zo mooi is. We lopen inderdaad door rommelig stedelijk en industrieel gebied, er zijn veel scheurneuzen op de weg en er ligt een hoop rotzooi langs de weg. Wel hebben we vanaf een berg uitzicht op de Atlantische oceaan, maar dan moeten we goed kijken.