Dag 41 Sainte-Fauste – Châteauroux, 20 km, totaal 916 km

Het is nog donker als de wekker gaat. Na ons ontbijt in de caravan begint het licht te worden en gaan we op pad. Een gouden gloed strijkt over de akkers. In een dorpje ver weg kraait een haan. Een zwerm spreeuwen danst door de lucht en strijkt neer in een grote boom.

We vinden het fijn om in de vroege ochtend te wandelen. Dan is het koel, je voelt je fit, hebt nog geen last van pijntjes en de rugzak lijkt nog niet zo zwaar.

We banjeren langs velden vol kleine, uitgedroogde zonnebloemen, die hun kop laten hangen. Ze zijn duidelijk niet volgroeid vanwege de extreme droogte. De oogst van zonnebloemen, maar ook van maïs, valt dit jaar erg tegen.

Later op de dag lopen we door de mist richting Châteauroux. Als we het stadje binnenkomen, rennen twee meisjes op ons af. Ze vragen of we koffie willen. Daar hebben wij wel zin in! Hun moeder staat in de deuropening te wachten. Tot onze verbazing stappen we een kamer vol kinderen binnen. De vloer ligt bezaaid met speelgoed. De vrouw vertelt dat ze zelf zes kinderen heeft, in leeftijd variërend van 1 tot 20 jaar, maar ze runt ook een kinderopvang in haar huis. Terwijl wij koffiedrinken, spelen de kinderen opvallend rustig verder in hun zelfgemaakte tent. Het is een warm welkom in Châteauroux.

We logeren in een oud landhuis, dat voor ons als een kasteeltje voelt.

Het is het familiehuis van Just Veillat, die leefde van 1813 tot 1866. De straat rondom het huis is naar deze schilder, politicus en romanschrijver vernoemd. Naar verluidt verbleven Charles Baudelaire, Victor Hugo en Alexandre Dumas fils ooit in deze vertrekken. Vannacht slapen wij in een kamer die geschiedenis ademt.